Herintegratie
Therapie, lotgenotencontact en praten over de dwang hebben ervoor gezorgd dat ik ondertussen vrij goed met mijn dwang heb leren omgaan.
Cognitieve gedragstherapie
Cognitieve gedragstherapie: (CGT) bereik je verbetering door dwanghandelingen te leren beheersen en dan te merken dat er niks mis gaat. Onderzoek naar je eigen gedachten over het dwangonderwerp is ook onderdeel van de behandeling. (bron: OCDnet) - Meer info: https://www.ocdnet.nl/ocd-behandelen/cognitieve-gedragstherapie/
Exposure
Bij exposure word je werkelijk geconfronteerd met de angst en dwang. Zo moest ik tijdens mijn therapie door de straten van Maastricht wandelen
Je mag stop zeggen tegen dwang door het niet verder in te vullen.
'Als we dat eens konden.' of 'Dat heb ik al zo vaak geprobeerd maar werkt niet.' of 'Was het maar zo simpel.' Hoor ik nu heel wat lotgenoten zeggen.
En gelijk hebben ze. Zo eenvoudig is het niet.
Toch zit er een kern van waarheid in. Het probleem bij dwang is dat we de gedachtes als een probleem zien. Onze gedachtes zijn niet het probleem. Het feit dat ik dat de gedachte heb: 'Ik ben homo' is geen abnormale gedachte. Heel wat mensen zonder dwang kunnen deze gedachte ook hebben. Het probleem is wat na die gedachte in werking treedt. Eenmaal dwang ermee aan de haal gaat, is er geen houden meer aan. Dwang koppelt een extreme angst aan die gedachten waardoor we er alles willen aan doen om die gedachten te neutraliseren. Heel menselijk maar ook heel nefast.
Mijn dwang is heel extreem geweest. Ik vermeed TV-programmas, bepaalde muziek en plaatsen. Ik controleerde mijn lichaam op mogelijke seksuele gewaarwordingen. Ik checkte mijn manier van stappen, praten en hoorde ganse dagen de stem 'ik ben homo'.
Op een bepaald moment, na reeds een tijdje therapie gehad te hebben, probeerde ik op een moment dat de dwang de hoogte in schoot om diep in en uit te ademen, bij mezelf te blijven en 'stop' te zeggen.
'Ga nu eens niet mee met die dwang.' Dacht ik 'Wat heb je immers te verliezen door dit nu gewoon te proberen?'
Op het moment dat ik dat deed had ik het gevoel dat ik mezelf aan het beliegen was. Ik hoorde stemmen die zeiden dat ik toch homo was en ik mezelf leugens vertelde.
Door dit steeds te herhalen en een positieve gedachte er tegenover te zetten. Namelijk een gedachte die de moeite waard is om voor te leven, is die dwang stilletjes aan afgenomen. De stem ging geleidelijk naar de achtergrond. De lichamelijke gewaarwordingen verdwenen.
Enkel wie lijdt onder HOCD, herkent zich ook in het HOCD-verhaal.
Indien het geen dwang maar homoseksualiteit zou zijn, zou ik mij nooit in het HOCD-verhaal herkennen. Iemand die homo of lesbisch is, zal zich niet herkennen in het HOCD-verhaal maar wel in verhalen over homo’s of lesbiennes die zich outen.